Hoe werkt een zonneboiler?
Door de ontwikkeling van de Nieuwe Generatie Zonthermische Technologie leveren onze zonneboilers een enorme besparing op; zie onderstaande tabel:
toepassing
|
% kraanwater*
|
% verwarming*
|
% zwembad*
|
kraanwater (Aquatel)
|
60%
|
-
|
-
|
kraanwater + verwarming (Radiant)
|
70%
|
40%
|
-
|
kraanwater + zwembad (Thermal)**
|
80%
|
-
|
100%
|
kraanwater + zwembad + verwarming (Thermal Combi)
|
70%
|
40%
|
100%
|
zwembad (Splash)**
|
-
|
-
|
100%
|
* percentage: het deel van je verbruik waarin een Rivusol-zonneboiler kan voorzien.
** bij de keuze voor een zonnewarmte-installatie voor je zwembad is het raadzaam de situatie goed te laten bekijken door een installateur.
De reden voor deze aanzienlijke besparingen komt door de Nieuwe Generatie Zonthermische Technologie. Maar hoe werkt deze technologie precies? Het antwoord hierop vind je hieronder.
Voordelen van vacuümbuizen
De Rivusol zonnecollector is opgebouwd uit vacuümbuizen. Dat heeft een aantal grote voordelen ten opzichte van conventionele zonnecollectoren:
- Allereerst is vacuüm de beste isolator die er is, wat wil zeggen dat met deze zonnecollectoren de warmte het beste wordt vastgehouden. Dat is vooral merkbaar als het buiten koud is, want een Rivusol vacuümbuis-zonnecollector maakt ook bij koud winterweer gewoon warm water.
- Het tweede voordeel is dat door de cilindervorm van de buizen de zon altijd het volledige oppervlak verwarmt. De zonnecollectoren werken daarom ’s ochtends en ’s avonds net zo goed als midden op de dag.
- Het derde voordeel is dat de wind weinig vat heeft op deze zonnecollectoren. Zowel een opstelling op plat dak als op een pannendak kan eenvoudig en met weinig materiaal worden vastgezet.
- Het vierde voordeel heeft te maken met de opbouw van de Rivusol-zonnecollectoren. In het geval dat er een buis beschadigd raakt blijven de zonnecollectoren gewoon werken. De beschadigde buis kan eenvoudig en met weinig werk vervangen worden, zonder de zonnecollector stil te leggen en zonder dat de zonnecollector van het dak hoeft te worden gehaald.
Van zonne-energie naar warm water
Een Rivusol-zonnewarmtesysteem bestaat dus uit een collector van vacuümbuizen die op je dak wordt gemonteerd en zonlicht opvangt en omzet in warmte. Daarnaast bestaat het systeem uit een goed geïsoleerd opslagvat, waarin je kraanwater wordt voorverwarmd. Zodra de temperatuur in de zonnecollectoren op je dak oploopt, gaat er een pomp in een gesloten circuit draaien. Via deze pomp wordt de warmte van de collector naar het opslagvat getransporteerd. Vervolgens zal de temperatuur oplopen. Zodra de collectortemperatuur te laag is om het opslagvat verder te verwarmen, zal de pomp stoppen. Gedurende de dag wordt op deze manier het opslagvat geleidelijk warmer. Op hele mooie dagen kan de temperatuur oplopen tot 85 °C.
Een Rivusol-zonneboiler bestaat uit de volgende onderdelen.
- De collector: meerdere in serie geschakelde vacuümbuizen
De vacuümbuizen verzamelen energie uit zonlicht en zetten dat om in warmte. De collectoren moeten op een lichte plek geplaatst worden (bijvoorbeeld op het dak), bij voorkeur - maar niet noodzakelijk - gericht naar het zuiden.
- Een opslagvat
Het opslagvat heeft een inhoud van één tot twee keer je dagelijks verbruik aan warm kraanwater en moet op een vorstvrije plaats bij je CV-ketel (de ‘naverwarmer’) komen te staan. In het opslagvat wordt de warmte die gedurende de dag wordt verzameld opgeslagen tot het moment dat er warm water verbruikt wordt.
- Een collectorcircuit
Het collectorcircuit bestaat uit een aanvoerleiding van de collector (vacuümbuizen) naar het opslagvat en een retourleiding van opslagvat naar de collector. Deze leidingen lopen dus zowel buiten als binnen en worden zeer goed geïsoleerd.
- Een elektronische regelaar
Deze regelaar meet de temperatuur in de collectoren en in het opslagvat en zet de pomp aan of uit. Daarnaast heeft deze regelaar allerlei extra functies en mogelijkheden. De regelaar hangt meestal in de nabijheid van de installatie (bijvoorbeeld in de buurt van je CV-ketel).
- Een pompgroep
Een pompgroep zorgt voor het transport van warmte van de collectoren naar het opslagvat. De pompgroep zit in de retourleiding en wordt meestal tegen een muur of wand bij de installatie gemonteerd.